Sinterklaas in Nederland
Nadat Sint-Nicolaas zijn laatste rustplaats in Bari had gevonden, verspreidde de populariteit van de heilige zich naar Nederland en de rest van West-Europa. Via Napels, Rome, Spanje en Frankrijk vond de verering een weg naar Vlaanderen en Nederland en via Engeland, naar Scandinavië en IJsland. Dat hij beschermheilige van zeelieden en kooplieden was, werkte dit in de hand.
Kinderfeest
Nicolaas werd een van de meest geliefde katholieke heiligen in de Griekse en Russische kerk maar rukte vanuit Italië op door West-Europa en bereikte zo ook de Nederlanden.
Rond 1200 was zijn verering vrij algemeen onder scholieren, huwbare jongeren, zeelieden, reizigers en kooplieden. Er werden tal van Nicolaaskerken gesticht en veel jongens werden naar hem vernoemd. Als onderdeel van die verering werd zijn sterfdag gevierd, op 6 december. Vaak werd een sterf- of naamdag gevierd vanaf de avond eraan voorafgaand. Zo werd 5 december sinterklaasavond. Met name scholieren vierden het Sint-Nicolaasfeest. Soms kregen ze een dag vrij en geld.
Maar in de Middeleeuwen vonden méér feesten plaats in december. In het kloosteronderwijs ontstond in de dagen na kerstmis de traditie van ‘de omgekeerde wereld’, waarin kinderen voorrechten kregen die ze anders niet hadden. Een jongen werd gekozen tot jongensbisschop en de kinderen werden getrakteerd. Dit groeide uit tot het feest van de Onnozele (= onschuldige) Kinderen, dat gevierd werd op 28 december.
In de dertiende en veertiende eeuw ging de verkiezing van kinderbisschop samenvallen met de jaarlijkse Nicolaasfeestdag op 6 december, dat zo versmolt met onnozele kinderendag. Het feest had typisch christelijk-middeleeuwse elementen, zoals de wonderbaarlijke verschijning, de combinatie van straffen en belonen, en het toetsen van kennis van de bijbel.
Sint-Nicolaas stond bekend als kindervriend omdat hij drie dode kinderen weer tot leven wekte. Zij waren in stukken gehakt door een kwaadaardige herbergier, die hen daarna in een ton met pekel bewaarde.
Sint duikt onder
In het begin van de zestiende eeuw werd het Nicolaasfeest in grote delen van West-Europa gevierd. De scheuring in de kerk ten tijde van de reformatie in de zestiende eeuw had echter grote gevolgen voor de rol van katholieke heiligen in het algemeen en dus ook voor Sint-Nicolaas. Befaamd is het voorbeeld van de grote hervormer Luther die eerst nog met zijn kinderen Sint-Nicolaas vierde, maar enkele jaren later cadeautjes met de kerstdagen uitdeelde.
In de Nederlanden werd Sint-Nicolaas uit kerk en kunst verbannen en de katholieke gemeente verdween min of meer uit het openbare leven tot in de negentiende eeuw. Maar het Sint-Nicolaasfeest bleef bestaan. Het werd in huiselijke kring gevierd getuige onder meer de schilderijen van (de katholieke) Jan Steen. Kinderen werden getrakteerd en er werden cadeautjes gegeven in schoen en klomp en er werd snoep gestrooid. De roe was er ook al, als opvoedkundig instrument.
In de Nederlanden werd Sint-Nicolaas vanaf de zestiende eeuw uit kerk en kunst verbannen. Maar het Sint-Nicolaasfeest bleef bestaan. Het werd in huiselijke kring gevierd, zoals blijkt uit het schilderij ‘Het Sint-Nicolaasfeest’ van (de katholieke) Jan Steen.
In de openbaarheid bleven de sinterklaasmarkten bestaan, die van de zestiende tot aan het midden van de negentiende eeuw werden georganiseerd, voornamelijk in Amsterdam, waar Sint-Nicolaas beschermheilige was. Er werden pogingen gedaan ze te verbieden – ze zouden te rumoerig zijn en te rooms – maar voor een verbod waren ze veel te populair. Op de markten was toen ook al het lekkers dat nu nog bij Sinterklaas hoort: banketletters (een overblijfsel van vieringen in kloosterscholen), marsepein, peperkoeken en speculaas.
In de achttiende eeuw werden er prenten gemaakt waarop Sint-Nicolaas stond afgebeeld. Maar de heilige zelf was tot in de negentiende eeuw nooit ‘in levende lijve’ te zien. De bisschop was een onzichtbare aanwezigheid, die alles zag, goede kinderen beloonde en stoute kinderen strafte, een strenge, abstracte kindervriend, die in zijn eentje door het leven ging.